N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Skatepark Leidsche Rijn De meeste jongeren die vapen, roken ook tabak, blijkt uit onderzoek van het Trimbos-instituut. „Het resultaat is schokkend.”
Vapen? De 16-jarige skater, op het park bekend als Dimitri, schudt zijn hoofd. Zo’n kleurrijk regenboog-ding met blueberry muffin-smaak en smileys op de zijkant en van die lampjes die gaan branden als je een puf neemt, „nee, dat is niet voor een jongen als ik”. Dat ziet er loserig uit. Te goofy, te jolly, te funny. „Past niet bij m’n imago.”
Dimitri steekt een peuk op.
„Jamaaal!” Twee jongens met koptelefoon op komen aan, zetten hun fiets neer, en alle jongeren van de hangplek veren op. De nieuwe aanwas krijgt van iedereen een boks of omhelzing, want Skatepark Leidsche Rijn in Utrecht is een sociale plek. De jongeren hier delen alles, van skateboard tot water, kauwgom, vapes, sigaretten, joints.
„Hier broer, wil je?”
„Had je gister niet een vol pakje?”
Dimitri haalt z’n schouders op.
„Waar is alles gebleven?”
„In m’n longen.”
Het is drie uur in de middag en het hok zit tjokvol. Tien jongeren tussen de twaalf en zeventien jaar, inclusief een berg rugtassen. Veel jongens en meisjes komen van omliggende middelbare scholen, zoals het Leidsche Rijn College en Academie Tien, en zijn hier elke dag te vinden. Ze skaten op het vorig jaar geopende park met pools, bowls, curbs en half pipes en hangen hele middagen in dit roestmetalen hok met afdak. Prachtplek. Toch? Ze lachen. „Zie je die vlek daar in de grond? Mozzarella. En daar, een plak kaas op het plafond! En daar zit de eierkoek. En ziet u deze vlek? Deze is van mij, uienringen. En overal pindasaus…” Ook op het tafeltje, met daarin peuken en uitgedrukte joints.
9.000 pufs voor 15 euro
De eerste- en tweedeklassers hier zijn meer de vapers, zegt de 15-jarige Lisa, in zwarte hoodie. Zelf is ze ook van het vapen. Ze haalt er een monstervape uit haar zak, met 9.000 pufs. „Strawberry watermelon. Heb ik sinds augustus, bijna op.” De derde- en vierdeklassers zie je vaker roken of blowen. Al loopt het ook door elkaar heen, want er zijn ook vapes met THC en jongeren die een sigaret roken omdat hun vape op is – en andersom. Lisa: „Iedereen doet wel wát”.
‘Of of’ heeft de overheid lang gedacht: jongeren die roken steken óf een sigaret met tabak op óf een e-sigaret – ook wel vape. En laat ze dan maar het laatste doen, dachten velen, want dat levert misschien de minste gezondheidsschade op. Maar dat idee klopt niet, blijkt uit een deze week gepubliceerd onderzoek van het Trimbos-instituut onder ruim 4.700 Nederlandse jongeren tussen 12 en 25. Het merendeel – 69 procent – van de jongeren die vapen, rookt óók tabak.
„Het is dus ‘en en’”, zegt Esther Croes, onderzoeker van het Trimbos. De overlap werd in eerder onderzoek al wel gesuggereerd, maar is nu voor het eerst in een grote Nederlandse studie aangetoond. „Het resultaat is schokkend, als je beseft hoe populair vapen is.” Eén op de tien jongeren heeft de afgelopen maand gevaped, blijkt uit de studie. De grootste groep gebruikers is tussen de 15 en 17 jaar. In totaal zegt 18,1 procent van de jongeren van 12 tot 25 jaar de afgelopen maand tabak te hebben gerookt.
„Wij promoten niks”, zegt Dimitri. „Maar het zijn vooral die kleine kinderen die het allemaal wel stoer vinden. Yeh, look at me! Smoke out of my mouth!” En dan levert roken, geeft hij toe, wel iets positievere reacties op dan vapen.
Ieder z’n ding, want vapen, zegt Lisa, heeft ook voordelen. Neem de prijs. Ze pakt haar mobiel en toont op Snapchat de prijslijst van een dealer. „Eén vape crystal bar 9.000 pufs: 15 euro. Doe je drie maanden mee. Hier, drie 9k’s voor 40 euro.” Het nummer van de dealer heeft ze via iemands broer. Afspreken bij de parkeerplaats van Pathé. En wie nieuwe klanten aanbrengt krijgt korting.
„Klennies!” klinkt in koor. „Per drie klennies een gratis gram wiet!”
Nog zo’n voordeel van vapen: je kunt er trucjes mee doen stiekem op de wc van school en dat filmen. „Hier, kijk, een ghost.” Een jongen blaast rondjes uit in de vorm van een o. „Je zuigt in, tikt de rook naar buiten met je tong en inhaleert ’m. En ken je de french inhale…?” De jongen springt op de bank en probeert lijntjes rook via zijn mond zijn neus in te blazen.
‘Smoking is dead, vaping the future’, is de slogan waarmee het product sinds 2010 de markt veroverde. De Amerikaanse uitvinding verdrong de e-sigaret, die een wat suffig, negatief imago had. Die was vijf jaar eerder ontwikkeld om rokers te helpen stoppen en de vape leek daarop een prima aanvulling. In de begintijd was onduidelijk wat de schadelijke effecten konden zijn. „Het product kreeg het voordeel van de twijfel”, zegt Esther Croes.
Lees ookKabinet geeft tabaksindustrie langer de tijd om smaakjes te weren uit (e-)sigaretten
Totdat tabaksfabrikanten in de vape een manier zagen jongeren aan zich te binden en het product in talloze smaakjes, lichtjes en kleurtjes op de markt brachten. Er groeide een online vape-scene met influencers met miljoenen volgers die op YouTube de nieuwste ‘vape tricks’ toonden.
Ook in Nederland groeide de populariteit, en de bezorgdheid. Het Trimbos waarschuwde al langer voor de gevolgen voor jongeren. Fabrikanten voegden aan de vapes nicotinezouten toe, „mild in je keel, waardoor je niet door hebt dat je grote hoeveelheden nicotine binnenkrijgt”. Ook groeiden in de wetenschap de aanwijzingen dat nicotinezouten schade aanrichten in de hersenen, vooral die in ontwikkeling.
En plots zag het Trimbos een stagnatie in de daling van het percentage rokende jongeren. Met beleid en campagnes had de overheid dat percentage sinds 1999 sterk zien dalen, van ruim 26 procent maandelijks rokende jongeren van 12 tot 16 jaar tot zo’n 8 procent in 2019. In 2040 moet een rookvrije generatie opgroeien, is het doel. Maar tussen 2019 en 2021 steeg dat percentage juist weer, bijna 2 procent. Croes: „De opkomst van de vape is de meest waarschijnlijke verklaring.”
„Ah, ik heb wel hard gesport”, zegt Dimitri, net terug van een rondje skatebaan. „M’n longen hebben wéér honger.” Intussen bouwt Lisa een joint en de eersteklassers helpen met rollen. Ze toont haar doosje met stash. „Hier, roze vloeipapier. En deze vloei heeft blackberry-smaak. En hier: jamaica rum!”